Van dit gedeelte van Tanzania zijn er nauwelijks wegen in ons GPS (tracks for Africa) te vinden. Op onze landkaart was wel een kleine gestippelde weg om de Mahale Mountains richting Mpanda en Katavi NP ingetekend. Na een uur steile, rotsige en met diepen gleuven uitgespoelde “weg” ( hier komen echt geen auto’s) – geven we voor het eerst tot nu toe op. Dit gaat het niet 150 km lang worden. We moeten terug naar Kigoma, blijven nog een nachtje aan de Jakobson Beach en rijden over een smalle maar goede rode gravel weg via Uvinza naar Mpanda.
Onderweg komen we op een plek waar net een ongeluk met een kleine vrachtwagen is gebeurd. Alle mensen staan er omheen of zitten in de berm – de chauffeur’s kabine is helemaal ingedeukt. We stoppen en vragen van zelfsprekend of we kunnen helpen entegelijk kijken wij ons aan en denken: wat doen we als er iemand geblesseerd en bloedend of zelfs overleden is? We hebben wel EHBO en ook genoeg van de beschermenden handschoenen mee- maar Aids blijft een groot risiko.
Er zijn al veel mensen en we kunnen niets doen.
Een lange rijdag brengt ons naar een mooi wild camp plekje geen twee km voor het Katavi National Park, waar we s’nacht’s al een leopard horen schreeuwen – dat klinks als hoesten.
We komen op deze reis niet veel natuur parken tegen en het staat ook niet meer boven op onze lijst. Toch verheugen we ons nu erg om de Afrikaanse dieren te zien. Het spotten ervaan blijft spannend en het slapen tussen de gevaarlijken dieren is opnieuw een avontuur. De manier waarmee wij ons kunnen beschermen is altijd tussen het vuur en de Laro te blijven. We verzamelen dus nog brandhout en gaan het park binnen. Wij vinden dit natuurgebied prachtig. Er zijn twee meertjes met grote moerassen waar olifanten door het water lopen, pelikanen vissen, bokjes drinken, vele verschillende vogel’s vliegen en vooral de hippo’s in liggen of grazen. Prachtig omdat je op deze grote vlakten zo ver kunt kijken. We stappen uit en genieten van het uitzicht. Uitstappen mag eigenlijk niet maar dat doen we alleen op vlakten zonder bosjes en we blijven dicht bij of op de auto. Intussen weten we wel dat het de roofdieren over dag te warm is om te jagen.
Meestal liggen ze zo maar onder een boom te maffen. Dat betekend niet dat ze niet ook gevaarlijk uitzien.
We hebben hier een van de mooiste overnachtingsplekjes aan een hippopool, tussen zeker 100 nijlpaarden, die s’nachts met enorm kabaal om onze auto lopen om te grazen. We slapen nauwlijks en bekijken de dikke lijven met een glimlach in het licht van de maan. Licht van een zaklantaarn vinden nijlpaarden helemaal niets aan, daarvan lopen ze weg of worden erg boos. S’ochtend’s vroeg lopen ze terug naar hun waterplassen. Ook dit is een fantastisch schouwspel hoe ze zich in de modder tegen en over elkaar heen drukken.
We blijven en genieten enorm van deze twee dagen. Aan het headquater hadden we nog een oude landrover zien “liggen”/staan. Vincent doet een poging de twee achterdeuren voor een goede prijs te kopen maar ook hier wil of kan niemand iets beslissen. Geen success maar grappig was het toch. Ik klets wel nog zo lang tot we een nieuwe hoes voor ons reservewiel van hun krijgen. Ook leuk.
4 comments
Weer een mooi verhaal!
geweldig mooi om te zien.
Wat een mooie verhalen en prachtige foto’s weer. Wij genieten hier mee. Veel plezier nog! Groetjes Fam. Stegge
Prachtige foto’s. We blijven jullie volgen.