In Nederland zijn we hele mooie wegen gewent. Alles is van asfalt, voor fietsers en voetgangers zijn er eigen wegen en dat is in Afrika heel anders.
De meeste landen waardoor wij rijden hebben maar twee asfaltwegen. Van noord naar zuid en van west naar oost. De rest van de wegen is gravel of los zand.
In Nederland worden onze spulletjes via post of pakketdienst verstuurd. De mensen kunnen met het vliegtuig, de eigen auto, trein of bus overal naar toe reizen.
Hier kan dat allemaal niet. Bijna niemand heeft een auto (rijkere mensen) en maar een paar mensen hebben een fiets dus de meeste mensen lopen langs de weg. Dit is heel gevaarlijk want de vrachtwagens houden niemand rekening en soms moeten de mensen springen voor hun leven.
Bij iedere foto heb ik een verhaaltje geschreven hieronder.
Soms is de straat weggespoeld en moeten we door diep water rijden. Met een gewone auto kun je bijna nergens rijden omdat je dan heel snel vast komt te zitten.
Hier is wel een brug maar die is niet echt stevig meer. Soms kan je er beter langs rijden door het water omdat we niet zeker weten of de brug wel sterk genoeg is voor onze 3.000 kilo zware Land Rover. Als het water te diep is moeten we omrijden.
Deze meneer gebruikt zijn fiets niet om te fietsen maar om houtskool te vervoeren. Hij heeft geluk dat hij een fietst heeft anders moet hij het allemaal op zijn hoofd dragen. Dat doen bijna altijd de vrouwen.
Zelfs kindjes lopen al met zakken of waterkannen van wel 20 kilo op hun hoofd. De vrouwen hebben wel 50 kilo op hun hoofd.
Deze jongens hebben erg veel geluk. Ze hebben een ossenwagen die ze gebruiken voor dingen vervoeren en als ze niets hebben zijn ze een taxi.
Deze meneer heeft geen geld voor koeien en moet zelf trekken. Dat zie je vooral in de dorpjes en steden.
Een vrachtwagen vervoert bijna nooit alleen spullen. Er is altijd wel plek voor mensen die ergens naar toe willen. Het ziet er vaak heel gevaarlijk uit omdat er soms wel 50 mensen boven op alle spulletjes zitten.
Als je pech hebt met de auto, moet je het zelf repaeren. De ANWB komt hier niet. Onderdelen zijn er ook bijna niet, dus de mensen gebruiken maar wat ze kunnen vinden. Wij lenen ook nog wel eens ons gereedschap uit. Achter in deze vrachtwagen staan allemaal koeien. Als we hier de volgende dag weer langs rijden staan ze er nog. Zouden ze wel eten en water hebben gehad?
Deze mensen hebben geen wielen en dus hebben ze een soort slee gemaakt die over de weg sleept.
Deze jongen kwamen we onderweg tegen. Hij heeft een levende geit achterop de fiets. Omdat er bijna geen stroom is, is er geen koelkast en moet je de dieren dus levend vervoeren, anders rot het. We hebben hem een kopje koffie gegeven want hij moet nog een heel stuk de berg op fietsen.
oeps. Iedere dag zien we langs de asfaltwegen dit soort ongelukken.